Ridderstraat

JACOB GANS
10 januari 1920 (Arnhem) - 10 april 1945 (Bergen-Belsen)

RIDDERSTRAAT 6

Jacob (Jaap) Gans en zijn vrouw Celine (Elly) Gans-Chits zijn in Haarlem getrouwd op 13 maart 1942. In de onderduik in Amsterdam is op 16 juni 1944 hun zoon Tom Sebastiaan Gans geboren. In eerste instantie is hij aangegeven als kind van de niet-joodse vrouw waar ze ondergedoken waren, maar het bedrog kwam uit.

Jacob had één broer, Marco, die de oorlog in de onderduik heeft overleefd, net als hun moeder.

Transport van Westerbork naar Bergen-Belsen in 1944
Vermoord in Bergen-Belsen, op 10 april 1945.

Hij werd 25 jaar.

CELINE GANS-CHITS
2 oktober 1911 (Amsterdam) - april 1945 (Schipkau)

RIDDERSTRAAT 6

Beroep: Kantoorbediende

Transport van Westerbork naar Bergen Belsen 1944.

Begin april 1945 werden gevangenen uit het concentratiekamp Bergen-Belsen bij de nadering van de geallieerde troepen in drie treinen overgebracht naar het concentratiekamp Theresienstadt. Vele inzittenden hebben de treinreis niet overleefd. Celine Gans-Chits is op het traject Senftenberg-Schipkau vlak voor het station Schipkau omgekomen.

Ze werd 33 jaar.

TOM SEBASTIAAN GANS

16 juni 1944 (Amsterdam) - 1 september 1944 (Bergen-Belsen)

RIDDERSTRAAT 6

Zoon van Jacob Gans en Celine Gans-Chits.

Hij werd geboren op het onderduikadres van zijn ouders en ingeschreven als zoon van een niet-joodse vrouw, Elisabeth Bergen.
Desondanks werd hij tegelijk met zijn ouders opgepakt.

Transport van Westerbork naar Bergen-Belsen in 1944

Vermoord in Bergen-Belsen op 1 september 1944

Hij was 2 maanden.

Zijn oom van vaderszijde heeft zijn naam levend gehouden door de oprichting van het Tom Sebastiaan Gans fonds.

Vorige
Vorige

Ripperdapark

Volgende
Volgende

Weteringstraat